donderdag 7 november 2013

Witte bonen met spek en ei



Bonen zijn er in vele varianten: Witte, bruine, zwarte of sperziebonen enzovoort. Dit seizoen is ideaal voor een bonenschotel. Voedzaam, verwarmend en vooral ook smaakvol. In dit jaargetijde staat op mijn tafel veelvuldig een maaltijd met bonen.

Deze schotel zag ik staan in Foodies van november. Op zich is dit gerecht gemakkelijk te maken, alleen de hoeveelheden die genoemd worden in het recept, zijn voor mij en mijn partner veel te karig.
Waar Foodies meldt dat deze schotel voor 4 personen bedoeld is, ben ik uitgegaan voor 2 personen. De hoeveelheden uit het recept heb ik aangehouden, alleen het aantal eieren heb ik aangepast naar 2 stuks.

Witte bonen met spek en ei

Ingrediënten:
250 gram sperziebonen
Zout en peper
200 gram spek
2 uien
2 teentjes knoflook
2 eetlepels olijfolie
1 takje rozemarijn
400 gram witte bonen in tomatensaus
2 eieren (klein)

Attributen:

2 kleine ovenschaaltje

Werkwijze:

Maak de sperziebonen schoon en snijd ze in stukken. Blancheer de sperziebonen circa 3 minuten in kokend water met een wat zout beetgaar.

Snijd het spek in blokjes. Pel en snipper de uien en de knoflook. Verhit de olijfolie in een pan en bak er het spek, de ui en de knoflook voor circa 4 minuten in.

Verwarm de oven voor op 200 graden (heteluchtoven 175 graden). Ris de rozemarijnnaaldjes van het takje en hak ze fijn. Voeg de rozemarijn en de witte bonen toe aan het spek en roer alles goed door elkaar. Giet de sperziebonen af en laat de goed uitlekken. Meng de sperziebonen door het witte bonen mengsel. Breng het geheel op smaak met zout en peper.

Schep het bonenmengsel in de ingevette ovenschaaltjes en maak er kuiltje in het midden. Breek in ieder kuiltje een ei en bak het geheel in circa 15 minuten in de oven.

Smullen maar!

woensdag 6 november 2013

Franse pruimentaart (Far Breton)



In Bretagne gebruikt men voor dit typische streekgerecht Armagnac. Ik heb dit alleen niet in huis: wel Calvados en daarom geef ik er een Normandische draai aan.
Verder kan je een "Far" ook met andere (gedroogde) vruchten maken. Deze taart kan je nog rijker maken met bijvoorbeeld rozijnen, die natuurlijk ook in de Calvados geweld moeten worden.

Franse pruimentaart (Far Breton)

Ingrediënten:

750 milliliter volle melk
250 gram bloem
150 gram suiker
4 eieren
snufje zout
50 gram gesmolten boter
Calvados
200 gram gedroogde pruimen zonder pit
2 eetlepels rietsuiker
1 theelepel kaneelpoeder



Attributen:

Ondiepe ovenschaal

Werkwijze:

Wel de pruimen voor minstens twee uur (een hele nacht mag ook) in de Calvados. Zorg dat alle vruchtjes goed onderstaan. Dek de schaal af.

Oven voorverwarmen op 200 graden (heteluchtoven 185 graden)

Zeef de bloem en kluts de eieren. Maak een glad beslag van opeenvolgend: de suiker, de bloem met een snufje zout, eieren en gesmolten boter en de melk, welke beetje bij beetje wordt toegevoegd.

Vet de ondiepe ovenschaal in met wat boter en giet het beslag er in. Laat de pruimen goed uitlekken en verdeel deze over het beslag.

Zet de schaal voor ongeveer dertig minuten in de oven.

Haal de schaal uit de oven en bestrooi met de rietsuiker en het kaneelpoeder.

Smullen maar!

dinsdag 5 november 2013

Saucijzenbroodjes




Een verrassing voor bij de koffie. Zowel het basisingrediënt als ook het idee voor dit recept werd mij zomaar in de schoot geworpen.

Ik kocht vandaag bij de slager een pond rundergehakt en daarbij kreeg ik gratis 4 saucijzenworstjes. Deze set is de reclame voor deze week. Nu ben ik geen liefhebber van worstjes bij het avondeten, dus eerst twijfelde ik nog en vroeg mij af wat ik er mee moest. Maar ja, ook als ik het niet lekker vind, dan weet mijn partner er wel raad mee.

Onderweg naar huis borrelde er een gedachte naar boven. In het laatste nummer van Foodies had ik toch foto's gezien van saucijsenbroodjes. Daarbij stond ook een eenvoudig recept, lekker en snel te maken. Zo gezegd, zo gedaan. Tegen de tijd dat mijn man vanuit zijn werk thuis kwam, stonden deze al op tafel. En natuurlijk mochten er al een paar geproefd worden; warm uit de oven.


Saucijzenbroodjes

Ingrediënten:

500 gram saucijzenworstjes
2 eieren
1 doosje diepvries bladerdeeg

Werkwijze:

Verwarm de oven voor op 200 graden (heteluchtoven 175 graden).

Snijd de worstjes open en haal de vulling er uit. Meng 1 ei door het vlees en kneed goed door elkaar.

Verwijder de folie van de plakjes deeg. Leg de plakjes op het werkblad.

Kluts één ei.

Neem voor elk plakje 50 gram vlees en maak een rolletje. Leg dit op een plakje.
Bestrijk de twee randjes van de plakjes met het ei en rol het deeg stevig om het vleesrolletje. Druk het vast op de met ei bestreken randen.

Leg de broodjes op de bakplaat en bestrijk alle broodjes met ei.

Bak de broodjes ongeveer 35 minuten in de oven.

Smullen maar!

dinsdag 29 oktober 2013

Rode kool


Rode kool uit een glazen potje, van een welbekend merk, smaakt over het algemeen best goed. Maar een pan met eigen gemaakte kool is toch vele malen lekkerder en is niet moeilijk te bereiden. Met de juiste ingrediënten maak je een ouderwets lekkere rode kool klaar.

Eén van de benodigdheden is een goede rode wijn. Toevallig had ik voor het weekend een mooie Spaanse rode wijn uit Catalunya in huis gehaald. Deze wijn van de Tempranillo druif is ook ideaal voor gebruik in de keuken. Ik heb er voor gezorgd dat niet alle wijn uitgeschonken werd; het restant kon ik zo verwerken in dit winters groenten gerecht.

Een grote pan rode kool is voor twee personen wel erg veel, maar dat is juist een voordeel. Deze groenten kan je goed van te voren maken en in de koelkast bewaren. De kool zal er alleen maar lekkerder op worden. Ook kan je een gedeelte voor later gebruik invriezen, de smaak zal er zeker niet onder leiden.

Gecombineerd met gebakken bloedworst en appel is dit een heerlijke avondmaaltijd.

Rode kool

Ingrediënten:

1 rode kool
50 gram roomboter
1 ui
100 gram suiker
1 theelepel zout
2 kruidnagels
1 kaneelstokje
2 laurierblaadjes
150 milliliter rode wijn
120 milliliter witte wijn azijn
Grof gemalen zwarte peper
2 appels (Elstar)


Bereiding:

Verwijder de stronk en de buitenste bladeren van de kool en snijd deze in vier delen. Verwijder de witte kern en snijd de vier delen overdwars in dunne reepjes.

Verwijder van de ui de buitenste blaadjes, halveer de ui en snijd in ringen.

Smelt de boter in een grote pan met een dikke bodem en fruit de ui totdat deze glazig is. Voeg de suiker, het zout, de kruidnagels, het kaneelstokje en de laurierblaadjes toe. Meng dit voor even en voeg de rode kool erbij. Schenk de wijn en azijn over de kool en voeg wat grof gemalen peper naar smaak toe.

Schil de appels, verwijder het klokhuis en snijd de appels in vieren. Leg de stukjes appel bovenop de kool.

Stoof, met de deksel op de pan, de kool in ongeveer 1 uur gaar. Roer af en toe om aanbranden te voorkomen. Laat de kool niet te gaar worden en zorg dat er nog een lekker ‘bite’ blijft.


Smullen maar!

maandag 21 oktober 2013

Kaassoep met blauwaderkaas



De zondagmorgen vroeg begonnen met een fietstocht. Door polders, over dijken en door het bos. De wind wakkerde tijdens de tocht behoorlijk aan. In eerste instantie waren we vertrokken, met een zwak windje en een loodgrijze lucht. Het beloofde niet veel goeds. Dit pakte echter anders uit. De wind kwam opzetten en de hemel trok open. Maar ja, het is linksom of rechtsom.

Op de terugweg behoorlijk veel last gehad van tegenwind. Dat was hard trappen. Gelukkig kon ik nog enige beschutting vinden om achter de fiets van mijn partner te gaan rijden. Zodoende was de 5 kilometer lange, kaarsrechte weg door de polder nog enigszins eenvoudig te overbruggen.

Deze prestatie beloonde ik met een stevige en eenvoudig te bereiden soep. De blauwaderkaas Bleu d'Auvergne geeft heerlijke pit aan deze opkikker.

De soep werd vandaag warm opgediend. Als amuse-hapje kan dit gerechtje ook gepresenteerd worden, zowel warm als koud.


Kaassoep met blauwaderkaas

Ingrediënten:

15 gram boter
1 prei, alleen het wit in ringen gesneden
500 gram licht kruimige aardappels, geschild en in stukjes gesneden
0,75 liter kippenbouillon
0,75 milliliter slagroom
8 plakjes spek, uitgebakken en lekker krokant
150 gram Bleu d'Auvergne
1 takje tijm of lavendel voor de garnering

Attributen:

Keukenmachine

Werkwijze:

Spoel de prei goed schoon met koud water. Smelt de boter in een steelpan. Stoof hierin de prei met aanhangend water op een zacht vuur onder herhaaldelijk roeren in 6 minuten gaar.

Voeg de aardappels en bouillon toe. Breng de inhoud aan de kook en draai het vuur lager. Leg een deksel op de pan en kook nog 15 minuten door tot de aardappels goed gaar zijn.

Giet het mengsel in een keukenmachine en pureer het glad. Giet het weer terug in de pan en voeg de room en de kaas toe. Verwarm op een laag vuur totdat de kaas gesmolten is. Pas op, laat de soep niet koken!

Doet de soep in de kommen en garneer met de uitgebakken spek en een takje tijm of lavendel.

Smullen maar!


zondag 6 oktober 2013

Pittige Thaise balletjes met chilisaus



Pittige Thaise balletjes met chilisaus


Ingrediënten voor de saus:

1 stengel citroengras
2 eetlepels suiker
½ theelepel rode chilipepervlokken
4 eetlepels kokend water
2,5 eetlepels witte-wijnazijn

Ingrediënten voor de balletjes:

½ bosje koriander met steeltjes, fijngehakt
2 lente-uitjes, alleen het wit en lichtgroen, in dunne plakjes
1 teen knoflook, fijngehakt
Geraspte schil van 1 citroen
Vers gemalen zwarte peper, naar smaak
Versgeraspte nootmuskaat, een snufje
1 klein ei (S), los geklopt
1,5 theelepel Thaise vissaus
200 gram varkensgehakt
Bloem, om te bestuiven
3 eetlepels zonnebloemolie

Attributen:

Keukenmachine
Keukenpapier
Aluminiumfolie

Werkwijze:

Snijd voor de saus de bladerige bovenkant en het taaie worteleind van de stengel citroengras. Verwijder taai buitenblad. Snijd de stengel in dunne plakjes. Doe deze in een kleine kom met de suiker en chilipepervlokken. Giet er het kokende water bij en roer circa 2 minuten tot de suiker volledig is opgelost. Roer er de witte-wijnazijn door. Giet de saus in een schaaltje en zet apart tot gebruik.

Draai voor de gehaktballetjes de koriander met de lente-ui, knoflook, het citroenraspsel, een snufje zwarte peper, nootmuskaat, het ei en de Thaise vissaus in een keukenmachine. Draai met 4 tot 5 korte stootjes tot alles gepureerd is. Voeg het gehakt toe en draai weer met enkele korte stootjes, 2 tot 3 keer, tot alles gemengd is. Draai niet te lang omdat het mengsel dan plakkerig wordt.

Doe een flinke hoeveelheid bloem op een groot bord. Bestuif je handen met de bloem. Neem een stukje vleesmengsel zo groot als een walnoot, bestuif dat met bloem en rol losjes tot een balletje. Leg weg op een bord. Maak zo 16 balletjes in totaal.

Verhit de olie in een anti-aanbak koekenpan op matig vuur. Doe er zodra de olie heet is maar niet walmt de balletjes in. Laat deze ongeveer 4 minuten zachtjes bakken onder af en toe draaien, tot ze rondom lichtbruin zijn. Laat ze op een met keukenpapier bekleed bord uitlekken.

Tot zover kunnen deze balletjes voorbereid worden. De balletjes kunnen nu tot 24 uur in de koelkast bewaard worden alvorens verder te verwerken.

Verwarm de oven voor op 200 graden (heteluchtoven 180 graden). 

Leg de balletjes op een bakplaat met een rand. Dek ze af met aluminiumfolie en zet deze 20 minuten in de voorverwarmde oven tot ze door en door warm zijn.

Serveer deze pittige balletjes als een snack voor bij de borrel. Leg de balletjes op een schaal en geef de saus er apart bij.


Smullen maar!

zondag 29 september 2013

Quiche met Bleu d'Auvergne en blauwe druiven



Mijn tuin is niet zo heel erg groot en de verscheidenheid aan bloemen en planten valt nogal tegen. Op zich is dat gemakkelijk, het overzicht op de werkzaamheden is daardoor relatief eenvoudig.

De belangrijkste momenten voor snoeiwerkzaamheden staan dan ook in mijn geheugen gegriefd.
In de eerste week van elk jaar de druif terugsnoeien en zo rond half maart de lavendel afknippen tot net boven de eerste groene uitloper. Hiervoor moet ik wel diep door de knieën, want dit zijn pietepeuterige kleine uitlopertjes. Elk jaar denk ik weer dat er teveel afgeknipt is, maar elk jaar groeien en bloeien mijn lavendelperken er vol op los. Hetzelfde geldt voor de vlinderstruiken, alleen hier is het makkelijker te zien tot waar de oude bloemen en stengels gesnoeid moeten worden.

Helaas heeft de druif het dit jaar moeilijk gehad. Hij had last van de klimop en het feit dat ik hier tegen te weinig actie ondernam. De hedera eiste zoveel ruimte op aan de schutting en groeide zo onwijs hard, dat de druif het onderspit moest delven. Gelukkig is de zomer wel mooi, lang en warm geweest en mede daardoor heeft de druif toch nog een paar trosjes geproduceerd. Te weinig om jam te maken; laat staan dat ik wijn zou kunnen maken.

Daarom deze quiche met een handvol druiven. Niet te veel fruit verwerken in deze hartige taart, want dan wordt de inhoud te vochtig. Het geheel combineert erg goed. Bewust heb ik gekozen voor deze blauwe kaas, omdat hij zachter van smaak is dan bijvoorbeeld de Stilton of Danisch Bleu.
  
Quiche met Bleu d’Auvergne en blauwe druiven

Ingrediënten:

5 - 6 plakjes deeg voor hartige taart (diepvries)
300 gram Bleu d’Auvergne
100 gram harde Hollandse schapenkaas
100 gram blauwe druifjes.
125 g crème fraîche
Boter of zonnebloemolie om in te vetten
2 deciliter volle melk
4 eieren (L)
snufje zout
snufje peper

Attributen:

Bakvorm 22 – 24 centimeter

Werkwijze:

Verwarm de oven voor tot 200 graden (heteluchtoven 180 graden).

Vet de bakvorm in met wat boter of zonnebloemolie.

Ontdooi de plakjes deeg en verwijder de folie. Bekleed de vorm met de plakjes deeg.

Spoel de druifjes met koud water af en haal ze van de steel en laat de vruchtjes in een vergiet uitlekken.

Klop de eieren met de melk in een kom met het zout en de peper.

Maak de Bleu d’Auvergne fijn met behulp van een vork. Doe ditzelfde met de crème fraîche en meng al roerend met de Bleu d’Auvergne door het eimengsel.

Strooi de druifjes over de taartbodem en giet het kaas-eimengsel over de druifjes. Schaaf de schapenkaas boven de taart zodat deze volledig bedekt is.

Zet de vorm in het midden van de oven en bak in ongeveer 40 minuten gaar.

Serveer met een frisse groene salade en een trosje druiven.


Smullen maar!

zondag 22 september 2013

Pruimenjam met steranijs



Dat ik gek ben op jam, zal niemand ontgaan zijn. Het liefst eigen gemaakte jam vol met fruit en met verrassende smaken. Op voorraad is altijd, zeker in dit seizoen, geleisuiker en Marmello 2. Als ik dan ergens fruit kan plukken of ik zie fruit in de aanbieding, dan kan ik direct aan de slag. De kelderkast staat ondertussen al weer vol met potjes jam van fruit uit het afgelopen seizoen.

Verder vind ik het leuke niet alledaagse combinaties uit te proberen. Die vond ik ook voor de jam van vandaag in het september nummer van Foodies.

Pruimenjam met steranijs

Ingrediënten:

1 kilogram pruimen (Reine Victoria)
500 gram geleisuiker speciaal
5 stuks steranijs
2 weckpotten (ca. 500 milliliter in houd per pot)

Attributen:

Hoge pan
Pollepel

Werkwijze:

Zorg voor schone weckpotten of jam potjes. Zet de potjes minimaal 5 minuten in kokend water en laat ze uitlekken op een schone doek. Als je weckpotten gebruikt moeten ook de weckringen even in het kokende water.
Was de pruimen, verwijder de steeltjes en ongeregeldheden en laat ze uitlekken. Snijd de pruimen overlangs door het midden en verwijder de pitten.
Snijd het vruchtvlees in stukken.

Meng de pruimen met de suiker en de stukken steranijs een een hoge pan. Voeg 3 eetlepels water erbij en breng de massa langzaam op een laag vuur aan de kook.
Kook de jam in ongeveer 10 tot 15 minuten en roer regelmatig goed door.

Haal de pan van het vuur en vul met behulp van een pollepel de potjes. Sluit de deksels en zet de potjes 10 minuten op z'n kop. Laat afkoelen.
Zet de potjes in het donker in een kast. De jam is minstens een half jaar te bewaren.

Smullen maar!

zaterdag 21 september 2013

Wentelteefjes van suikerbrood



Wentelteefjes zijn altijd al een traktatie geweest. Vroeger toen mijn moeder deze noodgedwongen maakte omdat anders het oude brood niet op kwam en nooit iets weggegooid mocht worden. Nu maak ik het nog regelmatig en laat bewust het brood oud worden.

Dit keer heb ik een suikerbrood gekocht, in dikke plakken gesneden en 'oudbakken' laten worden. Bewust! Omdat wentelteefjes van dit Friese brood nog lekkerder smaakt dan van gewoon witbrood.

Extreem lekker wordt dit tussendoortje als je er suiker en kaneel over strooit en serveert met een romige slagroom. Voor deze slagroom ben ik speciaal naar de Landwinkel gegaan, want daar haal ik de enige echte met een rijke en volle room smaak.

Wentelteefjes van suikerbrood

 Ingrediënten: 

6 sneetjes 'oudbakken' suikerbrood
125 milliliter volle melk
1 ei
1 klontje boter
snufje kaneel

Attributen:

garde
kom
koekenpan

Werkwijze:

Doe de melk in een kom en breek het ei erboven. Roer met een garde het ei door de melk.
Zet een koekenpan op het vuur en doe er een klontje boter in.

Week twee sneetjes suikerbrood ondertussen in de melk-ei substantie.

Leg, zodra de boter heet genoeg is, twee sneetjes brood in de koekenpan en bak deze aan beide zijde bruin.

Haal uit de pan. Doe dit vervolgens met de andere sneetjes suikerbrood. Twee per keer.

Serveer met een mengsel van kristalsuiker en kaneel en eventueel een toef slagroom.

Smullen maar!





donderdag 19 september 2013

Gratin met kip en prei



Dit jaargetijde vraagt weer om ovenschotels. De herfstbuien worden weliswaar afgewisseld door periodes met zon, echter de temperatuur is fors omlaag gegaan. Even naar buiten is natuurlijk geen probleem, maar vaak kijk ik toch wel op Buienradar om er verzekerd van te zijn dat ik niet volledig nat regen.

Heerlijk binnen blijven en in de keuken kokkerellen met nieuwe recepten en kookboeken, maar ook oude en stoffige boeken haal ik van de plank om ideeën op te doen.

Zoals in mijn vorige blog Provençaalse Korst al aangekondigd stond deze ovenschotel op het programma uit het kookboek Simple Pleasures van Annabel Langbein. Als alle ingrediënten in gehaald huis zijn en de voorbereidingen getroffen zijn voor het maken van de toplaag is dit een snel, eenvoudig en smaakvol gerecht. De voorbereiding vraagt dan maar 20 minuten en kan best een paar uur van te voren gedaan worden.

Als de schotel in de oven staat om te garen, vult de keuken zich met de heerlijke geuren van de knoflook en kruiden. Heerlijk, het is herfst.

Gratin met kip en prei

Ingrediënten:

3 eetlepels boter
4 preien, in dunne plakjes gesneden
Zout en peper uit de molen
12 uitgebeende, ontvelde kippen dijen
2 theelepels dijonmosterd
2 eetlepels worcestersaus
1/2 theelepel cayennepeper
1 theelepel tijmblaadjes
1/2 theelepel zout
125 milliliter room (of kippenbouillon)
1 recept Provençaalse korst

Attributen:

ovenschaal

Werkwijze:

Verhit de boter in een zware pan, doe er de prei bij en voeg naar smaak peper en zout toe. Laat de prei onder regelmatig roeren op een laag vuur, zacht worden tot de felgroene kleur verdwenen is. Dit is ongeveer 15 minuten.

Leg terwijl de prei op het vuur staat, de stukken kip met de mosterd, de worcestersaus, cayennepeper, tijm en een beetje zout in een kom. Werk dit door elkaar en laat 10 minuten marineren.

Haal de pan prei van het vuur en roer de room of de kippenbouillon er door. Spreid het mengsel uit in de ovenschaal. Leg het kippenvlees daar boven op en dek af met de Provençaalse korst.

Tot dit punt kan je de gratin van te voren klaarmaken om een paar uur, afgedekt, in de koelkast te bewaren.
Verhit de oven voor tot 200 graden (heteluchtoven 180 graden).

Bak de gratin tot de kip volledig gaar en de kruimelkorst prachtig goudbruin is. Dit is voor ongeveer 1 uur.

Smullen maar!

woensdag 18 september 2013

Provençaalse korst



Sinds kort ben ik in het bezit van het kookboek Simple Pleasures van Annabel Langbein. Zij is bekend van 24kitchen en ook Foodies publiceert regelmatig haar recepten. Dit boek heb ik als welkomstgeschenk ontvangen bij mijn nieuwe abonnement op Foodies.

Op het programma van De Keuken van Johanna staat gepland een recept uit dit kookboek; een ovenschotel Gratin met kip en prei. Een van de benodigde ingrediënten voor dat gerecht is een krokante toplaag, de Provençaalse korst. Die moest ik dus van te voren klaar maken.

Het probleem is dat ik geen oud brood heb. Het brood voor mijn dagelijkse boterhammen koop ik elke zaterdag lekker vers gebakken en verdeel dit in pakketjes die ik vervolgens in de diepvries bewaar. Zo is er voor elke dag een verse snee brood.

Vandaar dat ik zelf maar ‘oudbakken brood’ heb gemaakt. De omschrijving volgt hieronder aan het begin van het originele recept van Annabel.

Deze toplaag is voor veel recepten te gebruiken, zoals bijvoorbeeld een ovenschotel met bloemkool of als vulling in champignons uit de oven. 

Provençaalse korst

Ingrediënten: Voor het ‘oudbakken brood’
1 half gesneden wit brood

Ingrediënten: Voor het originele recept
½ oudbakken brood
4 tenen knoflook
2 handen platte peterselieblaadjes
1 theelepel grof gehakte rozemarijn
3 ansjovisfilets
60 gram zachte boter
Geraspte schil van 1 citroen
45 gram geraspte Parmezaanse kaas

Attributen:
Keukenmachine

Werkwijze: Voor het ‘oudbakken brood’
Verwarm de oven voor op 165 graden (hete luchtoven 150 graden).
Verwijder alle korsten van de sneetjes brood. Snij het brood in dobbelsteentjes van ongeveer 1 cm.

Verspreid de dobbelsteentjes brood op de bakplaat. Bak dit in ongeveer 15 minuten krokant
Haal uit de oven en laat het brood afkoelen.

Werkwijze: Voor originele recept
Breek het brood in grove stukken, verwijder de al te harde korsten en hak ze in een keukenmachine tot grove kruimels. Weeg 120 gram af en vries de rest in voor een volgende keer.

Doe de knoflook, peterselie, rozemarijn, ansjovis, boter en citroenschil in een keukenmachine en hak ze fijn.
Doe er het broodkruim en de Parmezaanse kaas bij en maal ze er een paar keer doorheen.

Provençaalse korst blijft in een luchtdicht afsluitbare bak in de koelkast een week goed, maar kan ook worden ingevroren.


Wordt vervolgd!

dinsdag 17 september 2013

Tiramisu met Friese Duimpjes



Een verrassende combinatie. Nu eens niet met lange vingers maar met een Friese lekkernij: Friese Duimpjes of zoals men in Friesland zegt: Fryske Dûmpkes.

De verrassing zit niet alleen maar in het gebruik van Berenburg in plaats van de traditionele amandellikeur Amaretto, maar vooral in de toevoeging van de Friese Duimpjes. Deze smaken uit de koektrommel al zoveel lekkerder dan een simpele lange vinger. De duimdikke koekjes worden gemaakt met onder andere anijszaadjes en hebben een hele specifieke smaak die mij doet denken aan de noten van het Sinterklaas feest. Een recept van deze koekjes vindt je ook via deze link FryskeDûmpkes.

Het idee van deze variant komt van het Oranje Hotel in Leeuwarden. Vorig jaar heb ik proeverij van verschillende Friese producten mogen gebruiken. Op het menu stonden natuurlijk de Friese kaas specialiteiten: Nagelkaas en Griene tsiss en, heel verrassend, enkele wijnen gemaakt uit een wijngaard welke gelegen is in Friesland. Tot slot, als afsluiting van een smakelijke avond, deze creatie van de tiramisu.   

Je kan er voor kiezen een grote schaal van dit nagerecht te bereiden, maar ik vond het leuk om kleine roestvrij stalen ringen te gebruiken, zodat ik eenpersoons dessert kan serveren.

Tiramisu met Friese Duimpjes (voor 4 personen)

Ingrediënten:

125 gram slagroom
40 gram witte basterd suiker
2 eierdooiers
125 gram mascarpone
125 gram Friese Duimpjes
3 eetlepels Berenburg
100 milliliter espresso koffie (2 kleine kopjes)

Attributen:

4 roestvrij stalen ringen
Mixer
Spatel
Zeefje

Werkwijze:

Klop de slagroom met de helft van de suiker bijna stijf. Klop in een andere kom de eierdooiers en de rest van de suiker voor 5 minuten tot het een romig mengsel is.

Roer de mascarpone goed door tot een smeuïge massa. Meng de mascarpone in gedeelten door het dooiermengsel. 

Spatel de slagroom luchtig door het mascarponemengsel (niet kloppen, maar omscheppen).

Meng de espressokoffie met de Berenburg in een ondiepe schaal waar Friese Duimpjes in passen. Doop de helft van de Friese Duimpjes een paar seconden in het espressomengsels en leg ze daarna in de vormpjes. Vervolgens de helft van het mascarponemengsel er bovenop scheppen.
Leg een volgende laag Friese Duimpjes op het mengsel. Eindig met de rest van het mascarponemengsel.

Zet de tiramisu in de koelkast om hem te laten opstijven.

Strooi bij het serveren beetje cacaopoeder over de tiramisu met behulp van een zeefje.


Smullen maar!

maandag 16 september 2013

Appeltaart




Een taart voor weer een mijlpaal. Mijn kleindochter vierde haar verjaardag en dat was de aanleiding voor het bakken van weer een variant van deze lekkernij.

Vier jaar! Wat gaat de tijd toch snel. Voor mijn gevoel binnen no-time zag ik haar van een klein baby opgroeien naar een lieve en vrolijke meid, die weet wat ze wil. Of beter gezegd één die weet wat ze niet wil. Een ‘grote’ dame die haar naam al kan schrijven.




Voor deze keer heb ik voor een exemplaar uitgezocht zonder rozijnen, maar wel met de heerlijke rijke smaak van amandelspijs en abrikozen. Ik vind dat zelf een lekkere combinatie, maar anderen kiezen daar waarschijnlijk niet voor.


Appeltaart


Ingrediënten:

400 gram zelfrijzend bakmeel + extra om te bestuiven

1 ei (L), dooier en eiwit gesplitst

250 gram witte basterdsuiker

1 citroen, goed schoon geboend

250 gram koude boter

8 frisse, iets zure appels, Elstar

2 theelepels kaneel

150 gram amandelspijs

2 eetlepels abrikozenjam  



Attributen:

Deegroller

Springvorm 24 cm doorsnede

Kwastje


Werkwijze:

Zeef het bakmeel en doe dit in een kom tezamen met het eiwit, 200 gram suiker en een mespunt zout.

Rasp de gele schil van de citroen boven de kom.

Snijd met 2 messen de boter erdoor totdat een kruimelig deeg ontstaat. Kneed met koele hand snel tot een deegbal. Druk de bal plat en verpak dit in plasticfolie en leg deze te rusten voor ongeveer 1 uur in de koelkast.

Verwarm de oven voor op 175 graden (hete luchtoven 160 graden).

Bestuif het werkblad, de deegroller en de deegbal met bakmeel en rol 2/3 van het deeg met de deegroller uit tot een plak van ongeveer 1 cm dik. Steek er met de springvorm een cirkel uit en leg die op de bodem van de vorm. Bekleed met de rest van het uitgerolde deeg de randen.

Schil en snijd de appels in vieren, verwijder het klokhuis, snijd ze in stukjes en doe in een kom. Meng de kaneel en 50 gram suiker door de stukjes appel.

Meng de helft van het eigeel door de amandelspijs en verdeel over de bodem. Schep de appelstukjes erop. Rol de rest van het deeg uit met de deegroller. Snijd in repen van 2 cm breed en leg die in een ruitpatroon op de vulling. Bestrijk met de rest van het eigeel.

Bak de taart 70 minuten onder het midden van de oven.

Haal de taart uit de oven en bestrijk met de abrikozenjam.

Laat afkoelen in de vorm.


Smullen maar!

woensdag 11 september 2013

Vlierbessen-bramenjam



In dit jaargetijde kan je op heel veel plekken allerlei soorten fruit wild plukken. Met een vriendin ben ik dan ook aan het wildplukken gegaan. Na de koffie reden we naar de Flevopolder vlakbij het Erkemederstrand. In de bossen aan de rand van het Nuldernauw kun je naar hartenlust fruit plukken.

Op zoek naar vlierbessen. Gepakt en gezakt met een paar emmers, plastic zakken, een snoeischaar en zelfs een hark. Deze laatste omdat de mooiste en rijpste besjes natuurlijk altijd ver boven je hangen. Het zal wel een vreemd gezicht geweest zijn voor die enkele wandelaar die wij tegen kwamen; twee dames met regenjassen en tassen. We hadden nog net geen keukentrap meegenomen. Gelukkig maar, want in de met brandnetels begroeide greppels en slootjes kan een trap niet echt stevig staan.



De oogst mocht er zijn. Een hele emmer vol en terloops nog een doosje wilde bramen kunnen scoren. Niet alleen de bessen en bramen zijn gratis, ook de doorns en de blauwe vingers krijg je er voor niks bij.
Maar wat was de ervaring weer heerlijk, frank en vrij in de natuur, tussen de herfstbuien door. Tijdens het plukken was geen druppel regen gevallen. Pas toen we in de auto wegreden, trakteerde de weergoden ons met een stormachtige regenbui.



Van het fruit heb ik jam gemaakt. Deze is niet alleen lekker op brood, over de yoghurt of kwark, maar de intense smaak van de vlierbessen combineert goed met een gebraden varkenshaasje.

Vlierbessen-bramen jam

Ingrediënten:

1650 gram vlierbessen
350 gram bramen
1 half kopje water
Sap van een halve citroen
2 zakjes Marmello 2  à 25 gram
600 gram kristalsuiker

Attributen:

1 schoteltje
Grote pan om te koken
Pan om het sap in op te vangen
Pollepel
Een fijne metalen zeef
6 jampotjes

Bereiding:

Zet ruim van te voren een schoteltje in de koelkast zodat deze goed koud wordt.

Zorg voor schone jampotjes en dekseltjes. Voordat je begint deze minstens 10 minuten in een pan met ruim water te laten koken.

Doe de bramen in een grote schaal gevuld met koud water. Laat even staan zodat ongedierte de kans krijgt te ontsnappen. Verwijder de onrijpe bramen en de ernstig aangetaste. Spoel de bramen daarna voorzichtig af met koud water.

Rits de vlierbessen met een behulp van een vork van de steeltjes. Doe dit boven de gootsteen gevuld met koud water. Vuil en onrijpe besjes komen bovendrijven en kunnen nu makkelijk verwijderd worden. Spoel de besjes nogmaals met koud water en laat uitlekken.

Zet een grote pan op een half hoog vuur. Doe de besjes in de pan met het halve kopje water. Voeg de bramen toe. Laat rustig aan te kook komen en blijf af en toe roeren. Totale kooktijd is ongeveer 15 minuten.

Haal de pan van het vuur. Doe het gekookte fruit met een pollepel in een fijne zeef. Druk met de pollepel de massa door de zeef. Het sap wordt opgevangen in een andere pan.

Meng 2 zakjes Marmello 2 goed met de suiker. Dit om klonteren te voorkomen.

Zet de pan met het opgevangen sap op het vuur. Voeg het mengsel van Marmello 2 en suiker aan het fruit toe. Schenk het citroensap erbij. Breng alles op een hoog vuur aan de kook. Als het kookt laat je nog minstens een minuut doorkoken en haal de pan van het vuur.

Om te controleren of het sap voldoende dik wordt voor de jam, doe je een dessertlepel met het kokende sap op de koude schotel. Wacht een paar tellen. Als je nu met je vinger voorzichtig op de bovenkant van het sap drukt, moet er een rimpel in het velletje ontstaan. Nu is de jam voldoende dik.

Vul de potjes met een pollepel tot het randje, schroef het deksel goed dicht en zet ze ongeveer 10 minuten op hun kop. Doe een sticker met vermelding van de inhoud en een aanmaakdatum op de potjes.
Bewaar de potjes op een koele en donkere plek.


Smullen maar!

dinsdag 10 september 2013

Gazpacho met tomaat en watermeloen



Hoe wonderlijk kan het lopen met het plaatsen van een recept. Met een vertraging van precies één maand post ik vandaag dit recept van deze heerlijke koude soep. Wellicht is het ‘mosterd na de maaltijd’, de zomer is toch al voorbij, maar dit gerecht is zo lekker dat ik het nu toch nog maar op mijn blog zet.

De smaak van deze gazpacho mocht ik op een vrijdagavond in juni voor het eerst proeven tijdens een wijn/spijs-proeverij bij wijnhuis Alexander. Dit wijnhuis organiseert met Amber Rewinkel van &JoyWine! regelmatig een Friday Night Tasting. Het thema voor mijn avond was: Tapas. Bij de reserveringsbevestiging vertelde men vooraf aan de tasting vooral niet te eten, want er stonden allerlei hapjes op het programma welke gecombineerd werden met verschillende wijnen. Een hele range kwam op tafel waaronder een Spaanse Cava, witte wijn, een Rosado, rode wijn, port en een onweerstaanbare dessert wijn.

Niet alleen de wijnen verdiende mijn waardering, ook de Tapas gerechtjes oogden fantastisch en smaakte heerlijk. De gazpacho viel mij het meeste op. Daar wilde ik het recept wel van hebben.

Een maand geleden op een warme zaterdag heb ik deze soep gemaakt, gefotografeerd en vervolgens met smaak gegeten. Alleen van het plaatsen mijn blog was het nog niet gekomen. Omdat ik op vakantie ging wisselde ik het CF-kaartje van mijn fototoestel naar een grotere. Het bewuste kaartje met de foto’s verdween even uit beeld, totdat ik dat met het verwerken van de vakantiefoto’s gereed was. Het recept had ik wel uitgewerkt, maar stond nog in een tijdelijk bestand. De beschrijving kwam ik dit weekend pas weer tegen toen ik het ‘Gesmolten chocoladepotjes’ publiceerde.

Daarom ietwat verlaat, maar nooit te laat, mijn uitvoering van deze zomerse soep.

Gazpacho met tomaat en watermeloen

Benodigdheden: (voor 6 personen)

5 trostomaten
1 kilo watermeloen
2 eetlepels gehakte koriander
2 eetlepels gehakte munt (plus extra om te garneren)
1 grote Spaanse peper
1 limoen (uitgeperst)
1 flinke scheut  extra vergine olijfolie
100 gram feta

Attributen:

Keukenmachine

Werkwijze:

Zet een ruime pan met water op het vuur en breng deze aan de kook. Zet een andere pan met ijskoud water klaar.

Snij de tomaten aan de onderkant in met een ondiep kruis. Doe de tomaten in het kokende water. Verwijder deze na een minuut uit het water en leg ze in de pan met het koude water om af te koelen. Verwijder de velletjes van de tomaten met een scherp mesje. Verwijder de steel, een deel van het sap en de pitjes. Snij de tomaat in stukjes.

Verwijder de schil van de watermeloen, snij in stukjes en verwijder de pitjes.

Verwijder de pitjes van de peper en hak deze met de blaadjes van de munt en koriander zo fijn mogelijk.
Doe de stukjes tomaat, meloen, kruiden en limoensap in de keukenmachine en pureer tot een mooie gladde massa.

Breng op smaak met zout en peper en zet in de koelkast.

Snij de feta in kleine dobbelsteentjes.

Serveer de soep gegarneerd met blokjes feta, een klein scheutje olijfolie en wat blaadjes munt.


Smullen maar!

zondag 8 september 2013

Gesmolten chocoladepotjes



Een aangename verrassing deze week in mijn brievenbus. In het begin van de week heb ik mij eens geabonneerd op Foodies. Lijkt me wel leuk om dit blad wat frequenter te ontvangen. Vaak lees ik wel een recept in de winkel of in de bibliotheek, maar niet altijd koop het dit fantastische blad. Maar nu, met als welkom cadeau het kookboek van Annabel Langbein ‘Simple Pleasures’ heb ik mij toch maar aangemeld.
Dinsdag per internet aangemeld en vrijdagmiddag komt het boek al binnen. Tuut Tuut das snel, dat lijkt …… wel.

En inderdaad, wat een heerlijke en eenvoudige recepten staan daar in. Ik ben gelijk aan de slag gegaan en voor het diner van zondagavond heb ik één van de meest verleidelijke nagerechten gemaakt. En dat was dus smullen geblazen.

Gesmolten chocoladepotjes

Ingrediënten:
180 gram roomboter, plus een beetje om de potjes in te vetten
3 eetlepels pure cacaopoeder, om de potjes te bestuiven
270 gram pure chocolade
3 eieren
3 eierdooiers
110 gram suiker
3 eetlepels bloem, gezeefd
24 frambozen of bosbessen

Benodigdheden:
6 potjes of ramekins van ca. 150 milliliter

Werkwijze:
Verhit de oven tot 210 graden (heteluchtoven 195 graden). Vet 6 potjes van ca. 150 milliliter in met boter. 

Bestuif de potjes met de cacao en klop het overtollige poeder er weer uit. Zet de potjes op een bakplaat.

Smelt de boter in een steelpan op matig vuur. Zodra de boter gesmolten is, voeg je de gehakte chocolade toe. Blijf een halve minuut roeren, haal de pan van het vuur en laat de chocolade verder smelten.

Doe de eieren, eidooiers en suiker in een kom en mix met een elektrische mixer ongeveer 5 minuten op hoge snelheid totdat de substantie bleek en stijf is.

Klop de chocolade en boter glad, spatel dit met de bloem door het eimengsel. Schep het mengsel in de potjes, leg 3 tot 4 frambozen of bosbessen in elk van de bakjes en druk de vruchtjes onder. Als je diepvriesfruit gebruik, moet je de potjes voor het bakken 10 minuten laten staan.

Schuif de bakplaat met de potjes in de voorverwarmde oven voor ongeveer 12 minuten. De zijkanten moeten stevig zijn maar het midden van de potjes nog zacht aanvoelen. Controleer met een satéprikker in het midden. Aan de onderkant moet een laagje vloeibare chocolade blijven plakken.

Haal de bakplaat uit de oven. Haal de potjes vanaf de bakplaat en laat deze nog 3 minuten afkoelen. Serveer het dessert in de potjes of stort ze op een bordje. Leg om ze te storten een dessertbordje op het potje, keer het setje om en haal er na 10 seconden de potjes er af.

Stuif er eventueel wat cacaopoeder over, zet de bordjes op tafel en serveer met slagroom en extra fruit.

 Smullen maar!

woensdag 21 augustus 2013

Rode bessen-aardbeienjam



Zo, mijn vakantie is afgelopen. Ben even ‘uit de lucht’ geweest, maar heb niet stil gezeten. Nu dan weer aan het kokkerellen geslagen.
Eigenlijk was het mijn vriendin die mij uit de vakantiesfeer haalde. Zij belde mij op met de vraag mee te gaan om fruit te gaan plukken. De rode vruchten kunnen nu volop geoogst worden. Bij de groentewinkel liggen allerlei variaties in het schap, maar wat is nu leuker om zelf fruit te plukken.

In de fruittuin Tres Jolie bij De Glind kan men op dinsdag en zaterdag zelf vruchten plukken. Natuurlijk wel tegen een vergoeding, maar het genot om eigenhandig de oogst binnen te halen is onbetaalbaar. De mooiste en rijpste vruchtjes uitzoeken, proeven en verzamelen in een emmertje; het kan niet mooier.

Al met al kwam ik met een aardige oogst van rode en blauwe bessen thuis. Ik kon niet wachten mijn aanwinst ook snel te verwerken. De schoongemaakte jampotten stonden al in de kelderkast. Nog even uitgekookt en klaar voor de vulling. De citroen kwam van de fruitschaal en extra geleisuiker en toch nog een schaaltje aardbeien waren snel gekocht.  Dus, na een halve middag geplukt te hebben in de tuin, een fietstocht naar de winkel, daarna weer twee uur achter het aanrecht, was ik bijna weer aan vakantie toe.
Het eindresultaat was 4 nieuwe potjes met blauwe bessenjam en 4 potjes (en een beetje) rode bessen-aardbeienjam. Het allerlaatste beetje jam uit de pan kon niet meer in een potje. Het restje belandde uiteindelijke op ons toetje; een heerlijke, verse, biologische (direct van de boerderij) magere kwark. Dat was smullen!

Rode bessen-aardbeienjam

Ingrediënten:

800 gram rode bessen
450 gram aardbeien
0,5 kilo geleisuiker Speciaal (voor half zoete jam)
Sap van een halve citroen


Attributen:

4 schone jampotten


Bereiding: 

Spoel de bessen schoon met koud water. Rits de bessen van de steeltjes.
Spoel de aardbeien kort met koud water. Verwijder de kroontjes en halveer de aardbeien.

Meng de vruchten met de geleisuiker en het citroensap. Breng het mengsel in een hoge pan al roerend aan de kook. Laat het 1 minuut doorkoken. De kooktijd begint wanneer de massa borrelt en blijft borrelen, als je roert.

Verwijder eventueel het schuim dat ontstaat boven op het mengsel.

Vul de schone jampotten tot aan de bovenrand met het mengsel. Sluit voorzichtig de potten met het deksel. Zet de potjes ondersteboven voor ongeveer 5 minuten op een schone theedoek.
De afgekoelde potjes wegzetten op een koele en donkere plaats. Ongeopend kunnen deze ongeveer een jaar bewaard worden.


Smullen maar!

dinsdag 14 mei 2013

Kruidkoek



Op de dagen dat ik werk maak ik voor het middageten altijd een lunchpakketje klaar. Naast enkele dikke boterhammen belegt met kaas en vleeswaren neem ik ook altijd een koek mee. Soms een voorverpakte, zoals Sultana, een mueslireep of Liga. Maar mijn voorkeur heeft ontbijtkoek die zelfs in de fabriek al voorgesneden is. Omdat het zo makkelijk te pakken en mee te nemen is.

Echter, het bakken van een eigen ontbijtkoek (of kruidkoek) is eigenlijk een fluitje van een cent en o zo veel lekkerder. Waarom ik dit eigenlijk niet vaker doe? Ja, dit is een kwestie van prioriteiten stellen. Pas geleden kocht ik een pakje kruidkoekmix rechtstreeks van de molen. Aan deze mix moest alleen karnemelk toegevoegd te worden. Eenvoudiger kan niet en de smaak was voortreffelijk.

Hierdoor getriggerd bedacht ik mij dat ik maar eens zelf een kruidkoek ga bakken. Uit mijn verzameling van losse recepten die ik eens op een kladblok had geschreven, viste ik dit basisrecept. Voor de koek van vandaag heb ik mij aan dit recept gehouden. Heerlijk bij een kopje koffie of thee.
Heel eenvoudig kan je allerlei variaties aan deze basis toevoegen. Denk maar eens aan het toevoegen van stukjes gember, rozijnen of parelsuiker. In de nabije toekomst zal ik zeker zelf weer een kruidkoek maken met één van deze suggesties.

Kruidkoek

Ingrediënten:

100 gram kristal suiker
275 gram honing
125 gram water
350 gram roggemeel
1/4 theelepel zout
50 gram donkerbruine basterd suiker
1 zakje bakpoeder
1 theelepel cardamonpoeder
1 theelepel kaneel
1/2 theelepel gemberpoeder
1/4 theelepel gemalen kruidnagel
1/4theelepel gemalen nootmuskaat
1/4 theelepel vers gemalen zwarte peper
1/8 theelepel gemalen anijszaad
1/8 theelepel gemalen koriander

Attributen:

Mixer met grote beslagkom en deeghaak
Cakevorm van 25 cm
Bakpapier om de cakevorm te bekleden
Kwastje
Aluminium folie


Bereiding:

Vermeng het roggemeel met de kruiden, het gezeefde bakpoeder en het zout in de beslagkom.

Zet een ruime pan op het vuur met de kristal suiker, honing en het water. Breng dit al roerend aan de zachtjes aan de kook.
Voeg deze warme vloeistof bij het meelmengsel in de beslagkom. Mix met de deeghaak totdat het deeg goed gemengd is. Probeer dit niet met je handen te doen, want het mengsel is heet en plakt erg. Mix minimaal 5 minuten.

Bekleed de cakevorm met het bakpapier.

Voeg het mengsel in de vorm met behulp van een lepel. Druk met een natgemaakte lepel het beslag, dat erg dik en bijna onhandelbaar is, goed in de hoeken en strijk de bovenkant vlak. Dek de vorm af met huishoudfolie en laat het deeg rusten voor minimaal 12 uur in de koelkast maar kan ook daarbuiten bewaard worden, tot het moment van bakken.



Vervolg bereiding:

Verwarm de oven tot 155 graden (heteluchtoven 140 graden).

Verwijder de folie en strijk met behulp van een kwastje de bovenkant van het deeg met een beetje melk. Bak de cake ongeveer 70 minuten. Controleer tegen het einde van de baktijd de gaarheid met een satéstokje.

De cakevorm uit de oven halen en gewikkeld in aluminimum folie laten afkoelen.



Op deze manier blijft het vocht in de kruidkoek en krijgt de buitenkant geen kans hard te worden.
De kruidkoek kan in een afgesloten trommel enkele weken bewaard worden. De lange bewaartijd komt de smaak zelfs ten goede.

Smullen maar!

zondag 12 mei 2013

Indische pasteitjes



Een paar weken geleden publiceerde ik een recept voor Empanada's. Kruidig gevuld en mooi verpakt in een deegje. Nu heb ik een andere variant op de agenda staan. Alleen, voor vandaag heb ik het wat gemakkelijker gemaakt. Na het snijden van de groenten had ik niet veel zin meer om ook nog het deeg te maken en te vormen. Dus gemak dient de mens; uit de diepvries toverde ik een pakje met deeg voor hartige taart. Deze voorverpakte en gesneden vellen zijn goed te gebruiken voor pasteitjes.

Maar mijn grootste troef is echter dit: Mijn nieuwe Quick Bite


Het komt uit het assortiment van Tupperware. Al jaar en dag gebruik ik producten van dit merk. Vooral diepvriesdozen en ruimtemakers zijn mijn favorieten. Dit handige keukenhulpje heb ik pas geleden aangekocht. Het geeft tijdwinst en gemak bij het maken van een hele partij pasteitjes. Niet dat ik vandaag een groot aantal gemaakt hebt, maar het was om te oefenen, voor het geval dat.


Indische pasteitjes



Ingrediënten: (voor 10 stuks)

1 grote ui, fijngesneden
2 teentje knoflook, fijngesneden
250 gram rundergehakt
1 scheut arachide olie
1 eetlepels ketjap manis
vers geschaafde nootmuskaat
1 theelepel gula djawa
200 gram worteltjes, fijngesneden
50 gram doperwtjes, uit diepvries
1 prei, fijngesneden
1 rode Spaanse peper, fijngesneden
50 gram Laksa (glasnoedels)
2 theelepels ketoembar
1 theelepel djinten
Zout en peper naar smaak
1 ei hardgekookt
Verse selderij of koriander
Arachide olie om te wokken
10 vellen diepvries deeg voor hartige taart


Attributen:

Quick Bite van Tupperware
Wok


Bereiding:

Week de Laksa een half uur in warm water. Laat uitlekken en knip in kleine stukjes. Pel het ei en snij het in kleine stukjes. Blancheer de erwtjes twee minuten in kokend water en laat uitlekken.

Fruit het gehakt samen met de uien en knoflook in de olie. Voeg als dit gaar is, de fijngesneden wortel, prei, rode Spaanse peper en de erwtjes erbij en laat mee bakken. De palmsuiker (gula djawa), de kruiden en peper en zout toevoegen. Goed door elkaar mengen en eventueel overtollig vet weggooien. Voeg de geweekte Laksa toe, de stukjes ei en het geheel weer voorzichtig door elkaar mengen.

Plaats een plakje deeg op de Quick Bite en leg in het midden een flinke lepel vulling. Vouw de Quick Bite dubbel en verwijder overtollig deeg. Stort het gevulde deegpakketje op een met bloem bestrooide werkblad en rol het buitenste deeg tot een mooi kraagje.

Bak de pasteitjes in een wok in ruim olie lichtbruin. De olie mag niet te heet zijn.
Deze pasteitjes smaken lekker met sweet chilli sauce.


Smullen maar!




dinsdag 7 mei 2013

Koninginnesoep



Een koninklijke soep voor mijn gasten op Bevrijdingsdag. Deze feestelijke dag gaf aanleiding om met een royale entree het diner te beginnen. Royaal in smaak doordat ik veel tijd en energie heb gestoken in de bereiding van deze soep. Het recept komt van de website Coquinaria.

In eerste instantie had ik dit idee opzij gelegd, want het leek mij erg bewerkelijk. Maar ik heb toch de stoute schoenen aangetrokken en ben een paar dagen van te voren begonnen met de boodschappen in huis te halen en het trekken van de bouillon. Gekozen is voor 1e klas producten en voorzover mogelijk biologisch. De soepkip is gedeeld in stukken en het karkas gedeeltelijk gehakt om zoveel mogelijk smaak te krijgen tijdens het trekken van de bouillon. Tezamen met het kalfspoulet heb ik het kippenvlees eerst geblancheerd alvorens het met koud water op het vuur te zetten.

Deze voorbereidingen waren nog maar het begin. Juist in de afwerking zat het meeste werk waar ik erg tegen op zag: Het binden van de bouillon en wel in 3 keer. Zover was ik zelf nog nooit gegaan, maar als alle stappen met zorg gevolgd worden is het eigenlijk een fluitje van een cent. Wel moet je aandacht erbij blijven en sta je langere tijd achter het fornuis.

Uiteindelijk heeft het geresulteerd in een soep met een royale en intense smaak en een fluweelzachte streling op de tong.

Koninginnesoep


Ingrediënten: (voor 6 personen)

1 soepkip (of ½, gebruik in totaal 750 gram)
350 gram kalfspoulet
2 bleekselderij stengels
1 ui
1 wortel
bouquet garni (peterselie, tijm, laurier)
8 witte peperkorrels, gekneusd
1 stukje foelie
2,5 liter koud water

Om te binden:
60 gram boter
60 gram bloem
1,5 liter gezeefde en ingekookte bouillon
het vlees van de soepkip (minus 100 gram)

Om af te maken:
1 deciliter room
1 eidooier

Voor de garnering:100 gram kippenvlees in kleine blokjes
100 gram diepvries doperwtjes (zeer fijn)
100 gram in blokjes gesneden wortel

Werkwijze:

De bouillon kan ruim van de voren gemaakt worden, eventueel kan je deze invriezen. Blancheer het kippenvlees en het kalfspoulet.
Zet 2,5 liter koud water met de in stukken gesneden kip en het kalfspoulet op en breng aan de kook. Haal eventueel het nog aanwezige schuim zorgvuldig van het oppervlak af.
Zet het vuur laag en voeg de groenten en de kruiden toe. Laat de pan, met gesloten deksel, minimaal drie uur trekken.

Zeef de bouillon; eerst door een grove zeef en dan door een neteldoek. Onvet en kook dan de bouillon in tot 1,5 liter.

Bewaar het mooie witte kippenvlees voor de garnering. Pureer de rest van het kippenvlees met enkele lepels bouillon in een blender. Het kalfsvlees wordt verder niet gebruikt, maar kan bewaard worden voor een andere toepassing. De groenten en kruiden worden ook niet meer gebruikt.

Bind de bouillon voor de 1e keer met het gepureerde kippenvlees.
Vanaf dit moment kan de bouillon worden gekoeld en ingevroren.

Bind de bouillon met het gepureerde kippenvlees voor de 2e keer volgens de volgende werkwijze:
Smelt de boter, op een laag vuur, in een grote pan (minimaal 2 liter), voeg de bloem in één keer bij de boter en roer met een garde tot een gladde emulsie. Zet het vuur heel laag en laat een paar minuutjes “zweten”.
Voeg een kleine soeplepel bouillon toe en roer totdat alle klontjes weg zijn. Voeg vervolgens weer een lepel toe en roer weer tot de massa glad en zonder klontjes is. Herhaal dit totdat alle bouillon in de roux verwerkt is.

Vlak voor het opdienen van de soep wordt deze voor de 3e keer gebonden volgens de volgende werkwijze:
Breng de soep tegen de kook aan. Giet de room bij de eidooier en vermeng dit tot een egale massa. Voeg een lepel hete soep toe en blijf roeren en kloppen. Vervolgens wederom een lepel hete soep, roeren en kloppen. Dit totdat het ei/room/soep mengsel even heet is als de pan met soep. Pas dan wordt het mengsel aan de soep toegevoegd. Op deze wijze wordt voorkomen dat de eidooier gaat stollen.

De soep mag vanaf dit moment niet meer koken. Tijdens het verwarmen wel blijven roeren.

Garnering:
Snijd het kippenvlees in kleine blokjes. Blancheer de diepvries erwtjes en de in blokjes gesneden wortel enkele minuten in kokend water. Laat afkoelen.
Serveer de soep in voorverwarmde borden en garneer met het kippenvlees, erwtjes en wortel.


Smullen maar!

maandag 29 april 2013

Gekonfijte sinaasappelschillen



De voorbereidingen zijn begonnen. Op zondag 5 mei mag ik weer koken voor ons eetclubje. Het bedenken van een menu was dit keer geen grote opgave. In deze week vol feestelijkheden had ik al snel een keuze gemaakt welke menugangen ik ga bereiden.

Het moest feestelijk zijn; iets met Nederland hebben. En nee, het hoeft niet perse met het Oranje huis van doen te hebben.

Waarom dan dit recept voor de toch duidelijk oranje gekleurde gekonfijte sinaasappelschillen.

Als dessert heb ik iets gekozen, wat ik al eerder op mijn blog hebt geplaatst. Destijds waren alle ingrediënten van mijn boodschappenlijst zonder probleem verkrijgbaar. Maar deze keer stond ik voor een onverhoopte opgave. Ik kan nergens hier in de buurt gekonfijte sinaasappelschillen kopen! Niet bij de notenbar (waar ze toch veel hebben), niet bij de kaasspeciaalzaak (die heeft ook een uitgebreid assortiment met noten en zuidvruchten), niet bij Appie, niet bij de andere supermarkten en zelfs niet bij de toko.

Dan maar zelf maken. En zie hier het resultaat. Een enkel stukje heb ik al geproefd en heeft mijn goedkeuring gekregen. Nu de rest van het dessert nog, maar daar heb ik wel vertrouwen in.
Wordt dus vervolgd.


Gekonfijte sinaasappelschillen


Ingrediënten:

2 grote handsinaasappels
250 gram suiker
250 gram water
Extra water om de schillen te blancheren (3x)

Bereiding:

Boen de sinaasappels goed schoon met warm stromend water. Rol daarna door beide handen om de schil gemakkelijk te kunnen scheiden van het vruchtvlees.
Snijd de sinaasappels in 8 partjes.
Snij het vruchtvlees en zoveel mogelijk van het witte tussenlaagje van de schil weg.
Snijd de schil in reepjes en daarna in kleine blokjes. Verwijder de lelijke stukjes uit de schil.

Zet een pan water op het vuur en laat deze koken. Blancheer de in blokjes gesneden schilletjes één minuut in het kokende water. Haal uit de pan en laat uitlekken.
Herhaal dit nog tweemaal.

Doe in een andere pan 250 gram water en de suiker en laat deze langzaam in z’n geheel oplossen.
Voeg de sinaasappelschiltjes hierbij toe en laat circa 30 minuten heel langzaam koken totdat deze gaar is. De schilletjes zijn klaar als deze zacht is en gemakkelijk door te bijten.


Smullen maar!

dinsdag 23 april 2013

Empanada's met gehakt en chorizo



Heel voorzichtig aan komen de zomerse dagen weer in zicht. De temperatuur gaat zoetjes aan een beetje omhoog. Helaas is er wel steeds weer een kleine terugval; een dagje met regen en zelfs een stormachtige wind, maar het komst van de zomer is wel voelbaar. Het lokt mij in ieder geval naar buiten, voor een fiets- of wandeltocht en natuurlijk het werk en relaxen in de eigen tuin.

Dit vooruitzicht bracht mij het afgelopen weekend tot een uitdaging gericht aan de zomer. Het moest er maar eens van komen. Chillen met een hapje en een drankje, genietend van de vrije dagen en van het ontluikende zonnetje. Met de weekendboodschappen had ik een heerlijke Rioja in huis gehaald, geïnspireerd door het blad Proef& waar ik een uitlokkend wijn & spijs- recept voor een Argentijns pasteitje (empanada’s) had ontdekt. En inderdaad de wijn en de pasteitjes combineren fantastisch goed.


Empanada’s met gehakt en chorizo


Ingrediënten:

25 gram chorizo, in blokjes gesneden
1 sjalotje, fijn gesneden
250 gehakt, half-om-half
1 ei, losgeklopt
30 gram manchego kaas, geraspt
10 groene olijven met ansjovis, in stukjes gesneden
Zout en peper naar smaak

250 gram bloem
125 gram koude boter
5 eetlepels water, koud
1 eidooier, losgeklopt met 1 theelepel water

Attributen:

Deegroller
Bakpapier
Uitsteekvorm

Werkwijze:

Zeef boven een kom de bloem en meng met een mespuntje zout. Snij de boter in dobbelsteentjes en voeg deze bij de bloem. Voeg het water toe en kneed tot een soepel deeg. Verpak het deeg in huishoudfolie en laat voor ongeveer 1 uur rusten in de koelkast.

Verhit een koekenpan en bak de chorizo op een laag vuur in circa 10 minuten uit. Haal de chorizo uit de pan, zet het vuur hoger en bak in het achtergebleven bakvet het gesneden sjalotje voor ongeveer 1 minuut totdat deze glazig is.

Voeg in een kom het gehakt, de gebakken sjalot, de chorizo, het ei, de kaas en de olijven tezamen en roer door elkaar. Breng op smaak met zout en peper.

Verwarm de oven voor op 200 graden (heteluchtoven 180 graden).

Haal het deeg uit de koelkast en bestuif het aanrecht met wat bloem. Rol het deeg uit met een deegroller tot een lap van ongeveer 2 tot 3 mm dik. Maak met behulp van een uitsteekvorm 12 deegrondjes van circa 10 cm.

Schep 1 eetlepel gehaktmengsel op elk deegrondje. Bestrijk de randen met water en vouw het deeg over de vulling tot een half maantje. Druk de randen dicht met een vork.

Bedek een bakplaat met bakpapier. Leg de empanada’s hierop. Bestrijk de bovenkant van de empanada’s met de los geklopte eidooier.

Bak de empanada’s circa 20 minuten in de oven gaar en bruin.

Serveer warm of op kamertemperatuur met Thaise chilisaus.


Eet smakelijk!


woensdag 27 maart 2013

Rabarbercrumble



Een combinatie van verschillende recepten en mix van seizoenen. Het oog kijkt al naar de zomer, maar het is pas lente. De buitentemperatuur laat alleen nog maar winterse waarden zien. Dan wordt het zoeken naar een gepast nagerecht.

Erg veel tijd hoefde ik niet te spenderen aan mijn zoektocht, want zelfs de herfst ligt nog in de vrieskast (cranberry’s) en bij de groenteboer vond ik een bosje malse, zoete rabarber. Prachtig roze en geteeld in de kas. Normaal gesproken begint het rabarberseizoen halverwege het voorjaar. Dan zijn ze gekweekt op de koude grond en daar wilde ik niet op wachten.
De crumble is een knipoog naar de winter. Of eigenlijk trek ik een lange neus naar dat jaargetijde, want zoals iedereen ben ik het zat. Een kruimig, warm en lekker geurend gerecht uit de oven is voor mij vandaag het ultieme dessert.


Rabarbercrumble

Ingrediënten: 6 personen

1 kilo mooi roze rabarber (schoongemaakt ca. 750 gram)
120 gram cranberry’s
50 gram suiker
1 eetlepel boter
1 theelepel vanille-extract
1 eetlepel maïzena

150 gram bloem
1 theelepel bakpoeder
110 gram ongezouten roomboter
3 theelepels vanille-suiker
3 eetlepels bruine rietsuiker

Benodigdheden:

1 ovenschaal 24 cm

Werkwijze:

Verwarm de oven voor op 190 graden (heteluchtoven 175 graden). Gebruik de bakplaat, want de crumble kan ‘overstromen’.

Maak de rabarber schoon en snijd deze in stukjes van 1 centimeter. Roerbak de stukjes rabarber ongeveer 5 minuten in een pan op een hoog vuur met de cranberry’s, suiker, boter, vanille-extract en maïzena tot de boter gesmolten is en de massa mooi roze/rood gekleurd is.

Doe de massa in de ovenschaal. (Ik gebruikte voor dit recept 2 kleinere ovenschaaltjes).

Tot zover kan je dit mengsel voorbereiden. In de koelkast of zelfs in de vrieskast kan het gemakkelijk bewaard worden totdat het uiteindelijk in de oven gaat.

Strooi de bloem en bakpoeder in een kom en wrijf er met je vingertoppen de koude, in blokjes gesneden boter doorheen totdat het lijkt op broodkruim.
Roer met een vork de rietsuiker en vanillesuiker er door en strooi het mengsel over de rabarber in de ovenschaal. Zorg dat alle rabarber bedekt is, zodat niet te veel rabarber naar boven komt borrelen wanneer de vorm in de oven staat.

Zet de schaal 35 tot 45 minuten op de bakplaat in de voorverwarmde oven totdat de bovenkant mooi donkerbruin kleurt.

De crumble kan geserveerd worden met custard, slagroom of vanille-roomijs.

Smullen maar!

dinsdag 26 maart 2013

Gestoofde prei met gember



Prei, wie kent deze groenten niet. Populair en gebruikt over de hele wereld. Niet alleen in de Hollandse keuken, maar wordt vaak ook verwerkt in Oosterse of Italiaanse gerechten.

Vroeger, bij mij thuis maakte mijn moeder 's winters bijna wel elke week prei. Gekookt in een bouillon van een mergpijpje en geserveerd met een sausje van boter, bloem, melk en een scheutje azijn. Prei stond in de winter vaak op het menu, want in de moestuin van opa werd deze groenten volop verbouwd. November was de tijd om te oogsten en de stengels prei werden ingekuild om bewaard te worden. Echter, als het langere tijd ijskoud was en ver onder nul kon opa de prei niet komen brengen, want de wintervoorraad (de kuil) was dan volledig bevroren en niet meer toegankelijk. Gelukkig zijn tegenwoordig andere mogelijkheden om groenten en fruit te bewaren of zelfs te verbouwen.

Ik laat in dit recept prei van een andere kant zien.

Gestoofde prei met gember

Ingrediënten: voor 4 personen

4 preien (ca. 800 gram)
½ halve sinaasappel
1 eetlepel citroensap
1 eetlepel sojasaus
1 eetlepel olie
2 eetlepels bakgember
2 druppels tabasco
1 à 2 theelepels allesbinder


Werkwijze:

Preien schoonmaken. Stengels in lengte halveren, wassen en schuin in stukken snijden van ca. 5 centimeter lang.

Sinaasappel uitpersen.

In een pan met een dikke bodem sinaasappelsap, citroensap, sojasaus, olie, gember en tabasco al roerend aan de kook brengen. Prei erdoor scheppen en afgedekt op een halfhoog vuur zachtjes laten koken. Af en toe omscheppen.

Prei binden met allesbinder.

Serveren met witte rijst en Oosters gekruide en gebakken kipblokjes.


Smullen maar!

dinsdag 19 maart 2013

Chocoladepudding met cranberry's



Het is nog net geen lente op de kalender. Nog steeds staat er een snijdende koude wind en het voelt waterig koud aan buiten. De gevoelstemperatuur is erg laag. Het wil nog maar niet lukken met het voorjaarsweer.

Reden om lekker in de keuken bezig te zijn. Stiekem ben ik alvast begonnen met een kleine voorjaarsschoonmaak in de vrieskast. Daar vind ik nog een doosje met cranberry’s, geplukt door een collegaatje op Vlieland in (jawel) de herfstvakantie. Ik kreeg deze heerlijk, fris zure vruchtjes net op het moment dat ik met mijn pols in het gips zat.
Vandaag kon ik de cranberry’s weer ontdooien. Het zuur van de vruchten vormt een heerlijk contrast met de zoete chocolade in deze luchtige pudding.
Met de gedachte aan deze warme pudding met chocoladesaus gaat de innerlijke gevoelstemperatuur met sprongen omhoog.

Chocoladepudding met cranberry’s

Ingrediënten voor de cake:

4 eetlepels ongezouten roomboter plus extra om in te vetten
4 eetlepels donkerbruine suiker plus extra om te bestrooien
85 gram cranberry’s, ontdooid indien uit de diepvries
1 grote moesappel
2 eieren, licht geklutst
85 gram zelfrijzend bakmeel
3 eetlepels cacao

Ingrediënten voor de saus:

175 gram pure chocolade
400 milliliter gecondenseerde melk
1 theelepel vanille-essence
0,5 theelepel amandelessence

Attributen:

1 puddingvorm met deksel
Indien geen deksel aluminiumfolie met een touwtje
Grote pan om de puddingvorm in te stomen

Werkwijze:

Beboter een puddingvorm van 1,2 liter en bestrooi de zijkanten met suiker. Gooi overtollige suiker eruit.

Leg de cranberry’s in een grote kom. Schil de appel, haal het klokhuis eruit en snijd de appel in blokjes. Vermeng met de cranberry’s en doe de vruchten in de puddingvorm.

Doe de boter, suiker en eieren in een grote kom. Zeef het bakmeel en cacao erboven en klop erdoor. Giet het mengsel over de vruchten, doe de deksel erop of bedek met aluminiumfolie en zet dit vast met een touwtje. Zet de vorm in een stoompan met kokend water en laat 1 uur stomen tot het gerezen is. Vul indien nodig water bij.

Maak intussen de saus. Breek de chocolade in stukjes en smelt deze samen met de melk au-bain-marie. Roer tot de chocolade gesmolten is en haal van de pan af. Roer de vanille- en amandelessence erdoor en klop glad en dik.

Haal de pudding uit de vorm en leg op een bord.

Serveer direct met de saus.

Smullen maar!

zaterdag 16 maart 2013

Kaasburger



Hamburgers, kaasburgers en vele andere varianten van burgers zijn tegenwoordig gemakkelijk verkrijgbaar. Bijna op iedere straathoek vind je wel een fastfood restaurant. Bij dit soort restaurants ligt de nadruk op fast, want food heeft volgens mij een minder grote rol bij de bedoelde ketens. Snel zijn ze zeer zeker, maar het voedsel, in de zin van middag- of avondeten, heeft bijna geen voedingswaarde. Vandaar dat ik dit gerecht ook onder het kopje Tussendoor archiveer.

En toch houd ik wel van hamburgers. Maar dan geselecteerd en afhankelijk van het moment of verblijfplaats. De lekkerste burgers die ik gegeten heb waren die bij de keten Hard Rock Cafe. Deze Rock and Roll cafe’s vind je wel in iedere grote stad. Ik heb ze onder andere bezocht in Berlijn, Oslo, Malta en Hurghada. De kwaliteit en grootte van deze burgers was op elke locatie prima. Dat heeft mij geïnspireerd om zelf ook maar eens een burger te gaan maken in de stijl van Hard Rock Cafe.

In de kast staat het kookboek Feest van Nigella Lawson. Daarin beschrijft zij het maken van een burger. Een zeer luxe burger, namelijk met runderlende. Al lezend kwam ik tot de conclusie dat haar recept in mijn beleving goed overeenkomt met wat ik lekker vind aan een burger. Met een paar toevoegingen op het recept maak ik deze overheerlijke en niet te versmaden kaasburgers.

Kaasburger

Ingrediënten (voor twee personen):

2 entrecotes (runderlende) van ongeveer 150 gram
1 theelepel zeezout
1 theelepel olijfolie
Vers gemalen peper
2 plakken vers gesneden boeren belegen kaas
2 vloerkadetjes
2 blaadjes ijsbergsla
4 uiringen, licht bruin gebakken

Attributen:

keukenmachine
grillplaat
Aluminiumfolie


Bereiding:


Snijd het vlees in blokjes van ongeveer 2 centimeter en doe in een kom. Voeg het zout toe en meng met je handen zodat het zout goed verdeeld word. Dek de kom af en zet deze in de koelkast.
Je kan het vlees (gesneden en gezouten) een dag van te voren in de koelkast klaarzetten, maar haal een uur voor het verder bewerken uit de koelkast om op kamertemperatuur te laten komen.
Bak de uiringen langzaam licht bruin. Zet apart.

Zet alle overige toevoegingen klaar om zodra de burger op de grill ligt direct te kunnen verwerken.

Zet de grillplaat aan, bestrijk deze met een kleine hoeveelheid olie het laat de plaat heet worden.

Leg twee stukken dubbelgevouwen aluminiumfolie klaar.Snijd de broodje open en zet klaar.

Hak één portie van het vlees in de keukenmachine met het grote mes. Gebruik de pulsknop gedoseerd en maal enkele keren. Het vlees mag niet tot moes hakken! De andere portie kan direct daarna gehakt worden.

Vorm het gehakt met je handen tot een platte koek van ongeveer 2 centimeter. Giet een paar druppels olijfolie op je handen en voorzie de burgers van een filmpje olie.
Bak de burgers 3 tot 4 minuten per kant op de het plaat.

Zodra je de burgers keert beleg je de reeds gebakken kant met wat versgemalen peper, uiringen en plakken kaas. De kaas kan alvast smelten.

Wikkel de kaasburgers in de dubbele laag aluminiumfolie en laat ze op een houten plank nog ongeveer 5 minuten rusten.

Bedek ondertussen de broodjes met de sla. Na de rusttijd de kaasburgers erop leggen.
Garneer het geheel met een augurk en zet een fles echte tomatenketchup op tafel.

Smullen maar!