woensdag 15 december 2010

Stoofpeertjes


Stoofpeertjes: dit bijgerecht hoort echt bij een winterse dag. Naast een kruimige aardappel, sperzieboontjes en een heerlijk stukje suddervlees met goudbruine jus hoort dit tot één van mijn favoriete ‘oldtimers’. Al jaren lang, sinds ik mij kan herinneren, is dit een traktatie. Het maakt mij niet uit wie het bereid: mijn moeder, mijn schoonmoeder, ikzelf of zo als ik mijn vriendin hoorde vertellen hoe zij dit gerecht maakt, alle varianten zijn mij welkom.

Voor mij is het belangrijkste dat de peertjes donkerrood en lekker zacht zijn. Volgezogen met de drank waarin het gestoofd is. De één gebruikt rode bessensap, de ander port of gluhwein. Mijn voorkeur heeft Bisschop wijn. Deze wijn is al gekruid, maar ik voeg nog wel een aantal ingrediënten toe.

Fototechnisch moeten de steeltjes eigenlijk aan de hele peer blijven. Dat is voor de compositie wel zo mooi. Maar, dan blijft het klokhuis met de pitjes er in. Dat vind ik nou weer niet lekker. Daarom zijn alle peertjes geschild, gehalveerd en ontpit.

Stoofpeertjes

Ingrediënten:

10 Gieser Wildeman peren
1 fles (75 cl) Bisschop wijn
100 gram rietsuiker
2 kaneelstokjes
4 kruidnagels
25 gram oranjesnippers

Bereiding:

Schil de peertjes, halveer en ontpit.

Doe de peertjes in een hoge pan en schenk de wijn over de vruchten. De peertjes moeten helemaal onder staan. Voeg de suiker en de andere ingrediënten toe.
Breng dit mengsel aan de kook.

Zodra de wijn kookt, het vuur verlagen. Gebruik eventueel een vlamverdeler en laat de peren minstens anderhalf uur stoven (heel zachtjes koken) totdat de peren donkerrood en zacht zijn.

Heerlijk als warm bijgerecht, maar ook gekoeld kan dit uitstekend gecombineerd worden met een nagerecht.

Smullen maar!

dinsdag 14 december 2010

Kerststol met amandelspijs

Elk jaar, in de laatste week voor Kerst, heb ik op mijn werk een Kerstontbijt. Gezellig! Alle collega’s komen dan vroeg uit bed, rijden in het donker naar kantoor om gezamenlijk aan de grote tafel te ontbijten. Met verse broodjes, croissantjes, jus d’orange, soms een gekookt eitje en altijd een Kerststol natuurlijk met spijs. Voordat de tafel gedekt kan worden, haal ik de broodjes vers van de bakkerij. Niet zo maar een bakker, maar een echte ouderwetse.

Dit keer ga ik mijn collega’s verrassen met een Kerststol uit eigen keuken. Het receptidee komt Uit de keuken van Arden, maar de vulling heb ik op eigenwijze aangepast. Persoonlijk vind ik een fruitige vulling het lekkerst. De stol is toch al zoet, dus een frisse toevoeging kan dan wel.

Hieronder het resultaat zoals de stol uit de oven is gekomen.



Dan na een flinke hap om te proeven of de stol wel zo smaakt als dat ik wens dat hij smaakt.




En dat doet tie ook!

Kerststol met amandelspijs

Ingrediënten voor het deeg:

550 gram tarwebloem
2 zakjes droge gist (totaal 14 gram)
50 gram suiker
9 gram zout
mespuntje piment
geraspte schil van een citroen
85 gram ongezouten roomboter, zacht en in stukjes
250 milligram melk, lauwwarm
1 ei, groot, losgeklopt


Ingrediënten voor de vulling:

85 gram blanke rozijnen
80 gram gedroogde cranberries
50 gram gekonfijte sinaasappelschil, in stukjes
50 gram dadels, in stukjes
50 gram abrikozen, gedroogd, in stukjes
60 milligram Bisquit (Cognac)
50 gram amandelen, in stukjes gehakt
300 gram amandelspijs
1 eetlepel losgeklopt ei

Ingrediënten voor de afwerking:

losgeklopt ei
1 eetlepel melk
geschaafde amandelen
eventueel poedersuiker

Bereiding:

Meng de rozijnen, cranberries en cognac in een schaaltje en laat een paar uur staan.
Doe de bloem, gist, suiker, piment en geraspte citroenschil in de kom van een standmixer. Voeg de klontjes boter toe en meng met de platte klopper door het bloemmengsel. Voeg de melk en het ei toe en meng met de platte klopper door elkaar. Voeg het zout toe en kneed met de deeghaak in 15 minuten tot een soepel deeg dat van de wand loslaat.

Doe het deeg over in een licht met olie ingevette kom, 1 x keren zodat alle kanten met olie bedekt zijn. Laat afgedekt in ongeveer 1 uur tot dubbel volume rijzen.

Rol het deeg met een deegroller uit tot een lap van 35 x 15 cm.

Meng de gekonfijte sinaasappelschil, dadels, abrikozen en amandelen door de rozijnen en cranberries (De rozijnen en cranberries moeten alle cognac opgezogen hebben, anders laten uitlekken en droogdeppen).

Verdeel 1/3 van de vulling over de deeglap, laat de randen vrij. Vouw de linkerkant van het deeg tot net over het midden, doe dat ook met de rechterkant. De deegranden overlappen elkaar nu iets. Druk de naden met de deegroller (of met je vingers) dicht. Draai het deeg en herhaal het uitrollen, vulling erover, vouwen en naden dichtdrukken nog twee keer.

Laat het deeg afgedekt circa 15 minuten rusten en rol het dan uit tot een ovale lap van. Als het deeg tegenstribbelt laat het dan tussen het uitrollen een paar minuten afgedekt rusten.

Maak de amandelspijs aan met 1 eetlepel losgeklopt ei en maak er een rol van (een paar cm korter is dan de deeglap). Leg de amandelspijs in het midden van het deeg en vouw de deeglap dubbel.

Leg het deeg op een met bakpapier bekleedde bakplaat.
Laat het deeg afgedekt 30 tot 45 minuten rijzen.

Verwarm intussen de oven voor op 190 graden (heteluchtoven 175 graden). Bestrijk het deeg met losgeklopt ei en bestrooi met geschaafde amandelen. Bak de stol in het midden van de oven in 35 tot 40 minuten gaar en bruin. Eventueel na 20 minuten afdekken met aluminiumfolie.

Laat afkoelen op een rooster. Bestrooi eventueel voor het snijden/serveren met poedersuiker.

Smullen maar!

maandag 13 december 2010

Zuurkoolschotel met gekruid gehakt

Eigenlijk hou ik wel van deze tijd van het jaar. Buiten in de tuin is weinig of niets te doen. Af en toe zaden strooien of vetbollen ophangen voor de vogeltjes. Eventueel de stoep sneeuwvrij maken. Voor de rest blijf ik zoveel mogelijk binnen. Deze koude dagen nodigingen uit tot het maken van oven- en stoofschotels.

Deze zijn eenvoudig te maken. Het klaar zetten en het snijden van de ingrediënten vergen vaak de meeste tijd. Het huis vult zich al gauw met de heerlijkste geuren uit de oven of uit de stoofpan op het fornuis. Zo ook vandaag.

Het enige probleem is, dat ik het eindresultaat niet op de foto heb kunnen zetten. Toen de zuurkoolschotel uit de oven kwam, werd deze direct al aangesneden en op de borden geschept. Er bleef zelf geen restje over om te kunnen vereeuwigen. Binnenkort maar weer eens maken en dan hopen dat ik voldoende tijd heb om de foto als nog te maken.


Ingrediënten:

750 gram kruimige aardappels
zout
75 gram rozijnen
500 gram zuurkool
1 ui
500 gram rundergehakt gehakt
gehaktkruiden, naar smaak
4 eetlepels ketjap manis
1,5 theelepel Sambal Oelek
2 theelepels kerrie
1 klein blikje ananas, in stukjes gesneden
2 deciliter melk
peper en zout
4 eetlepels paneermeel
25 gram boter


Attributen:

Aardappelstamper
Ovenschaal

Bereiding:

Schil de aardappels, doe ze in een pan met een bodempje water en bestrooi ze met zout. Kook de aardappelen met een deksel op de pan in 25 minuten gaar.

In een pan met deksel de rozijnen wellen in een bodempje water.

De oven voorverwarmen op 150 graden (heteluchtoven 140 graden) met een grote ovenschaal er in.

De zuurkool op een diep bord klein snijden. De ui pellen en fijn snipperen.

Het gehakt samen met de gesnipperde ui in een koekenpan met een vork rul en gaar bakken. De ketjap, sambal, kerrie en ananasstukjes (zonder vocht) door het gehakt roeren, het gehaktmengsel tot gebruik warm houden.

De zuurkool bij de gewelde rozijnen in de pan doen, voeg zo nodig water toe. Laat de zuurkool met een deksel op de pan (op matig vuur) warm worden.

De aardappelen fijn stampen. Roer er zoveel melk door als nodig is om er een gladde puree van te maken en breng de puree op smaak met peper en zout.

De warme zuurkool en rozijnen afgieten.

De ovenschaal uit de oven halen en in lagen de helft van de puree, de helft van de zuurkool, het gehaktmengsel, de rest van de zuurkool en de rest van de puree in doen.

De puree glad strijken, paneermeel er over strooien en er klontjes boter op leggen.

De schaal in de warme oven zetten, de oven op 200 graden (heteluchtoven 180 graden) zetten, na 10 minuten de grill aan doen en een mooi bruin korstje op de puree maken.


Smullen maar!

maandag 6 december 2010

Speculaasbroodjes


Gisteren onverwacht van een heerlijke lunch genoten bij vrienden. Vers uit de oven serveerden zij een heerlijk donker bruin brood. Het beleg, deels zelf gemaakt, was ook al niet te versmaden. Prachtig, dat een mens blij kan worden van een dergelijke traktatie.

Met de geur van vers gebakken brood nog in mijn geheugen ben ik vanmorgen op zoek gegaan naar recept ideeën. Ik wilde perse brood bakken, maar wel iets bijzonders. Op de blog “Uit de keuken van Arden” kwam ik, speciaal naar de geest van deze tijd, broodjes met speculaaskruiden tegen. Ik sluit mij aan bij haar gedachte naar vroeger. Ook ik at vaak dikke witte boterhammen met boter en een speculaasje. Ofwel Windmillies zoals Engelstaligen speculaasjes wel eens noemen.

Het recept is een beetje bewerkelijk. De ene rijs na de andere, maar uiteindelijk komt ook uit mijn oven de geur van vers gebakken broodjes met die overheerlijke speculaaskruiden.

Speculaasbroodjes


Ingrediënten:

500 gram tarwebloem
50 gram bruine basterdsuiker
12 gram speculaaskruiden
7 gram droge gist
185 gram lauw warme volle melk
55 gram zachte, ongezouten boter
2 grote eieren, losgeklopt
10 gram zout
1 ei losgeklopt met 1 lepel melk
55 gram geschaafde amandelen

Bereiding:

Meng de helft van de tarwebloem, de suiker en de gist in de kom van de standmixer. Voeg de warme melk toe en mix met de platte klopper tot een deegje. Voeg de boter, de eieren en het zout toe. Meng de speculaaskruiden door de resterende bloem en voeg dit in gedeelten toe.

Verwissel de platte klopper voor de deeghaak en kneed in ongeveer 15 minuten tot een soepel deeg dat van de wand loslaat. Voeg als het deeg te nat is nog wat bloem toe of als het te droog is nog wat melk.

Doe het deeg over in een licht met olie ingevette kom, 1 keer keren zodat alle kanten met olie bedekt zijn. Dek de kom af. Laat rijzen tot het deeg verdubbeld is, dit is na ongeveer 2 uur.

Stort het deeg op een licht met olie ingevette werkplek en verdeel met een deegsteker in 16 gelijke stukjes (circa 55 gram). Bol ieder stukje deeg goed op en laat 10 minuten afgedekt liggen. Druk dan de bolletjes met de palm van je hand wat platter.

Bestrijk de bovenkant met het eimengsel en druk in de geschaafde amandelen.

Verdeel de stukjes deeg circa 5 cm uit elkaar over twee bakplaten, ze mogen niet aan elkaar vastbakken.

Zet een bord met kokend water onderin de oven en zet de bakplaten erboven. Direct de ovendeur sluiten. De deegbolletjes hoeven niet afgedekt te worden, door de stoom van het water drogen ze niet uit en door de warmte van het water rijzen ze goed. NB: niet het ovenlicht aandoen, dan drogen de bovenste deegbolletjes alsnog uit!

Laat ongeveer 45 minuten rijzen tot ze bijna in volume verdubbeld zijn. Haal de bakplaten uit de oven en zet ze (nu wel afgedekt) weg. Haal ook het bord met water uit de oven en verwarm de oven voor op 180 ºC.

Als de oven op temperatuur is de bolletjes in 15 minuten gaar en bruin bakken. Bak vervolgens de volgende bakplaat met bolletjes. Laat de broodjes afkoelen op een rooster.

Dit recept heb ik overgenomen van de blog “Uit de keuken van Arden” gepubliceerd op 18 november 2008.

En ze zijn heerlijk.

Smullen maar!